STAVOREN

Vrouwtje van Stavoren
Haven Stavoren
Kaart Stavoren
Kaart Stavoren

Het oude Stavoren is ontstaan op een knooppunt van water- en landwegen. Het lag langs een riviertje, dat in het Vlie uitmondde. Waarschijnlijk werd Stavoren in de vroege middeleeuwen gesticht. Bij deze plaats werd in het jaar 837 door de monnik Odulfus een klooster gesticht, het latere Sint-Odulphusklooster. Dit klooster werd in de 9e en 10e eeuw een belangrijk hoofdkwartier voor het verspreiden van het christelijke geloof. De plaats Stavoren (als havenplaats) en het Sint-Odulphusklooster (als religieus centrum) beleefden toen gezamenlijk een bloeitijd, waar een einde aan kwam toen in het jaar 991 de plunderende Vikingen binnenvielen. In de daaropvolgende jaren herpakte Stavoren zich. In 1061 kreeg Stavoren als eerste plaats in Friesland officieel stadsrechten. De stad groeide in de volgende eeuwen uit tot een bloeiende havenstad, die op grote schaal handel dreef met de toonaangevende havensteden aan de Noordzee en de Oostzee. Volgens het toenmalige recht hadden schippers die uit Stavoren kwamen, bij de tol aan de Sont (de doorgang naar de Oostzee) voorrang op andere schippers uit andere gebieden rondom de Noordzee. Dit privilege had Stavoren gekregen van de koning van Denemarken, die in deze periode de macht over die tol bij de Sont had. De bijnaam van Stavoren ‘de hoofdstad van de Friese kusten’ verwijst ook naar die glorieperiode. Het was in die tijd zonder twijfel de belangrijkste plaats in Friesland, maar ook de rest van de lage landen was voor een belangrijk deel afhankelijk van de handel die via Stavoren liep.

Sluis Stavoren
Haven Stavoren

In het jaar 1345 speelde de stad Stavoren een hoofdrol bij de ‘Slag bij Warns’, een beroemde veldslag in de Friese geschiedenis. Friesland werd aangevallen door een leger uit Holland en de Friezen versloegen de Hollanders op verpletterende wijze. Deze veldslag vond vlakbij Stavoren plaats en in de loop der tijd hebben diverse prominente historici ervoor gepleit dat de naam de ‘Slag bij Stavoren’ historisch gezien eigenlijk een betere benaming zou zijn dan de ‘Slag bij Warns’. Het Stavoren waarover hierboven wordt geschreven bevindt zich geografisch gezien net op een andere locatie dan het 21e-eeuwse stadje Stavoren, meestal ‘Oud-Stavoren’ genoemd. In de middeleeuwen zorgden grote stormvloeden vaak voor overstromingen in Stavoren. Men heeft in de loop der eeuwen zowel de stad als het klooster diverse malen naar een andere locatie, meer landinwaarts, moeten verhuizen. De locatie waar de oude stad vroeger lag, viel op den duur ten prooi aan de zee. De voormalige stad kwam dus op de bodem van de Zuiderzee, later het IJsselmeer, te liggen. Deze omstandigheden hebben archeologisch onderzoek naar Oud-Stavoren vanzelfsprekend bemoeilijkt. Historici zijn het er wel over eens dat Oud-Stavoren ergens nabij Stavoren op de IJsselmeerbodem moet liggen, maar de exacte locatie is nog nooit gevonden. De ooit zo bloeiende stad Stavoren is anno 2020 nog maar een plaatsje met circa 950 inwoners. Het stadje is zich economisch gezien vooral gaan richten op toeristen die van watersport houden. Het is een populaire plaats geworden voor pleziervaarders die zowel op de Friese Meren als op het IJsselmeer willen zeilen. Stavoren was tot 1984 de hoofdplaats van de gelijknamige gemeente. Vervolgens werd het een onderdeel van de fusiegemeente Nijefurd. Daarna fuseerde deze gemeente in 2011 met een aantal andere gemeenten tot de nieuwe gemeente Súdwest-Fryslân, qua oppervlakte een van de grootste gemeenten van Nederland.

Stavoren