RUIMTE VOOR DE RIVIER

ruimte voor de rivier
ruimte voor de rivier
ruimte voor de rivier
ruimte voor de rivier
Kaart ruimte voor de rivier
Kaart ruimte voor de rivier

Door de rivieren wordt het water over de laaggelegen gebieden van Nederland verdeeld en deels afgevoerd naar de Noordzee en het IJsselmeer. De IJssel, de Waal, de Nederrijn en de Lek (Rijntakken) worden met regen- en smeltwater van de Rijn vanuit de Zwitserse Alpen gevoed. De Maas stroomt via Frankrijk en België ons land binnen en is een regenrivier. Tegenwoordig zijn er door klimaatverandering vaker periodes van meer regen- en smeltwater, waardoor de waterstanden in de rivieren stijgen. Sinds het hoge water in de jaren 90 wordt hier anders mee omgegaan; er worden niet alleen maar dijken versterkt en verhoogd maar de rivieren krijgen weer de ruimte. Deze aanpak is goed zichtbaar in de programma’s Ruimte voor de Rivier en Maaswerken.

In 1993 en vooral in 1995 veroorzaakten grote hoeveelheden regen- en smeltwater zeer hoge waterstanden in de Nederlandse rivieren. De dijken waren op veel plaatsen niet sterk genoeg, waardoor het risico bestond dat ze zouden bezwijken. In 1993 stond ongeveer 8% (18.000 hectare) van de provincie Limburg onder water. Ook overstroomden onder andere de onbedijkte dorpen Borgharen en Itteren. Circa 12.000 mensen moesten worden geëvacueerd. In 1995 werden deze dorpen wederom zwaar getroffen. In het Gelderse rivierengebied werden toen uit voorzorg 250.000 mensen en 1 miljoen dieren geëvacueerd.

ruimte voor de rivier
ruimte voor de rivier

In de jaren daarna werden de dijken in het rivierengebied versneld versterkt en langs de Maas zijn op bepaalde plekken ook nieuwe dijken aangelegd (Deltaplan Grote Rivieren). De Rijntakken en de Maas moesten grotere hoeveelheden water kunnen afvoeren. Deze aanscherping van het veiligheidsniveau markeerde de nieuwe aanpak van hoogwater in onze rivieren: ze krijgen meer ruimte. Vanwege het extreem hoge water in de jaren 90 werd ‘Ruimte voor de rivier’ in 2000 het nieuwe uitgangspunt voor de hoogwaterbeschermingsaanpak in ons rivierengebied. Dit werd niet alleen toegepast in de programma’s Ruimte voor de Rivier en Maaswerken, maar ook in huidige en toekomstige plannen is rivierverruiming, naast dijkverbetering, het uitgangspunt. Hierdoor kunnen we meer rivierwater bergen en afvoeren en bewegen we mee met de gevolgen van de klimaatverandering.

Met de opening van de hoogwatergeul Reevediep begin 2019 werd het programma Ruimte voor de Rivier officieel afgerond. Sinds 2006 namen Rijk en regio, in nauw overleg met bewoners, op 34 plekken langs de IJssel, de Waal, de Nederrijn en de Lek maatregelen waarmee de veiligheid, ruimtelijke kwaliteit en leefbaarheid voor ongeveer 4 miljoen Nederlanders verbeterd werd.

ruimte voor de rivier
ruimte voor de rivier

De rivierverruiming uit het programma Maaswerken startte in 2005. Een groot deel van de kosten is en wordt via zand- en grindwinning (private partijen zoals grondeigenaren) bijeengebracht. In 2015 werd de rivierverruimingsdoelstelling voor het midden en noorden van Limburg (Zandmaas) behaald, maar het werk aan de dijken gaat daar nog altijd door. In 2017 werd de doelstelling voor het zuiden (Grensmaas) behaald. Ter hoogte van Maasband wordt nog een nevengeul aangelegd en daar loopt de grindwinning in de Grensmaas door tot en met 2027.

 

ruimte voor de rivier
ruimte voor de rivier

We kennen verschillende manieren om rivieren meer ruimte te geven. Bijvoorbeeld door dijken landinwaarts te verleggen om de rivier breder te maken, maar ook het graven van nevengeulen en het verlagen van uiterwaarden vergroot de waterafvoer. Elke rivier vraagt om maatwerk. Op onderstaande foto staan alle methodes die binnen Ruimte voor de Rivier en Maaswerken zijn gebruikt en die nog steeds toegepast worden.

 

Ruimte voor de rivier maatregelen
Ruimte voor de rivier maatregelen

Ruimte voor de rivier – het hoe en waarom! 

Ruimte voor de rivier werkt! – De met opzet ondergelopen Noordwaard polder bij hoge rivierstand