Een verhaal over de eeuwige Nederlandse strijd tegen water
AMSTERDAM RIJNKANAAL
Kaart Amsterdam Rijnkanaal
Het Amsterdam-Rijnkanaal werd in de periode 1933-1952 gegraven en loopt van Amsterdam naar Wijk bij Duurstede. Op 21 mei 1952 werd het kanaal officieel geopend door de toenmalige koningin Juliana. Het Amsterdam-Rijnkanaal was de opvolger van het Merwedekanaal. Dit kanaal liep van Amsterdam naar Gorinchem en was in opdracht van oud-minister Klerck in 1883 uitgegraven, om in te spelen op de florerende scheepvaart. In 1892 werd het Merwedekanaalin gebruik genomen. Tegen het einde van de negentiende eeuw werd het echter al duidelijk dat het Merwedekanaal het groeiend aantal schepen en de nieuwe, grotere schepen niet meer aankon. In werd het kanaal vernieuwd, zodat het beter toegankelijk werd voor allerlei soorten vrachtverkeer. Vanaf 1933 begon de aanleg van het nieuwe Amsterdam-Rijnkanaal. Hierbij werd het noordelijke deel van het nieuwe kanaal gevormd door het oudere Merwedekanaal en werd het zuidelijke deel vervangen door een nieuw kanaal tussen Utrecht, Wijk bij Duurstede en Tiel. Het oude Merwedekanaal bleef veelal in de oude staat, met een nieuwe aftakking tussen Jutphaas, Vreeswijk en Lekkanaal. Het ontwerp voor het kanaal werd gemaakt door ingenieur Anton Mussert, die later bekend werd als leider van de NSB in Nederland. Het project zorgde voor een toename in werkgelegenheid, maar tijdens de economische crisis in de jaren dertig verliepen de werkzaamheden moeizaam. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd het werk aan het kanaal volledig gestaakt. Het kanaal was toen uitgegraven tot aan ’t Goy. Pas in 1952 was het kanaal gereed voor gebruik. In 1961-1963 werd het kanaal breder gemaakt, van 58,5 meter naar 70 meter, en ook in 1965 werden er verdere verbredingen uitgevoerd, met als gevolg dat verschillende bruggen over het kanaal vervangen moesten worden. Tegenwoordig is het kanaal tussen de 100 en 130 meter breed en heeft het een diepte van 5 à 6 meter.